Hot Seat komt uit hetzelfde rijtje hedendaagse B-films waar bekende acteurs een hoofdrol of (belangrijke) bijrol in hebben. Andere voorbeelden van dit soort films zijn Killing Field en Gasoline Alley. In zowel Killing Field als Gasoline Alley heeft Bruce Willis een bijrol, maar in Hot Seat is de bijrol weggelegd voor Mel Gibson. Ja, echt! De enige echte Mel Gibson van films als Mad Max, Braveheart en Lethal Weapon speelt in de B-film Hot Seat. De hoofdrol in deze nogal slappe actiethriller film is weggelegd voor Kevin Dillon.
Net zoals Devon Sawa de hedendaagse B-film Gasoline Alley nog wat vermakelijk maakt om naar te kijken, weet Kevin Dillon de grootste draagkracht van Hot Seat te vormen. Het werk van regisseur James Cullen Bressack – die eerder ook Killing Field regisseerde – is er beter op geworden, maar dat is niet heel moeilijk als eerdere films uit je oeuvre uit andere B-films bestaat. Hot Seat is dus zeker niet de slechtste hedendaagse B-film die ik tot nu toe heb gezien, maar helaas wel een van de saaiste.
Over Hot Seat (2022)
Hot Seat is een actiethriller film uit 2022. De film is geregisseerd door James Cullen Bressack. Deze regisseur kun je kennen voor het regisseren van de film Killing Field. De cast van Hot Seat bestaat uit onder andere Kevin Dillon, Mel Gibson, Shannen Doherty, en Lydia Hull. Het verhaal van Hot Seat gaat over voormalig crimineel hacker Orlando. Hij wordt gedwongen om digitaal in te breken bij enkele belangrijke banken. Als hij dit niet doet dan zal de drukgevoelige bom onder de stoel waarop hij zit ontploffen en de halve stad in puin leggen.
Terwijl Orlando zwaar op de proef wordt gesteld, proberen bommenexpert Wallace en zijn team het gebouw binnen te dringen. Daarbij moeten ze door een doolhof van bommen navigeren om Orlando van zijn “Hot Seat” af te krijgen. Op 14 oktober bracht Dutch FilmWorks de actiethriller film Hot Seat uit op DVD en Blu-ray. Mijn dank aan Dutch FilmWorks voor het versturen van een recensie-exemplaar en de mogelijkheid tot een samenwerking.
Slappe explosies en echtscheidingen: de openingsscène van Hot Seat
Hot Seat opent met een groene retro-titelsequentie dat doet denken aan de films uit The Matrix franchise. Er speelt duistere muziek af tijdens de titelsequentie, waardoor je als filmkijker extra enthousiast wordt en hoopt dat Hot Seat een vette film zal worden. Al snel vervaagt deze hoop en verandert het enthousiasme naar gefrustreerde verveling. Cullen Bressacks Hot Seat bevat namelijk een van de slechtste openingsscènes die ooit op film is gezet. De film opent met een ongelofelijk neppe explosie waarbij de persoon recht voor een overduidelijke green screen valt.
Daarna zien we een – met computer gegenereerde effecten – slappe rookwolk verschijnen achter het, door Kevin Dillon gespeelde, hoofdpersonage. Dillons personage geeft als reactie op de rookwolk en explosie: “What The Hell?” – grappig genoeg had ik als filmkijker dezelfde reactie, maar dan eerder door de ongeloofwaardige visuele effecten. Wanneer Dillons personage Orlando uiteindelijk thuiskomt, krijgt hij een preek van zijn vrouw (gespeeld door Lydia Hull), waarbij de hand op haar heup moet suggereren dat ze best boos op haar man is.
Het is niet raar dat dit dus als een groot cliché overkomt – en dan hebben we het nog niet eens gehad over de belabberde acteerprestaties van Dillon en Hull. In (ongeveer) de eerste vijf minuten van de film worden we direct geconfronteerd met een echtscheiding. We voelen niets voor deze personages of hun eventuele opkomende echtscheiding, want we kennen deze personages überhaupt (nog) niet eens.
Geen Bruce Willis dit keer, maar wel Kevin Dillon en Mel Gibson
Hot Seat behoort tot de huidige reeks B-films waar prijswinnende acteurs als Bruce Willis een hoofd- of bijrol hebben. Zo regisseerde filmmaker James Cullen Bressack eerder een soortgelijke film met deze acteur. Hierbij spreek ik (uiteraard) over de redelijk slechte film Killing Field. In Hot Seat is Bruce Willis omgewisseld voor Kevin Dillon in de hoofdrol en Mel Gibson in een van de belangrijkste bijrollen. Het is bijna niet te geloven dat een acteur als Dillon – die driemaal werd genomineerd voor een Emmy en eenmaal voor een Golden Globe – zo laag zinkt om in een bizar slechte B-film als Hot Seat de hoofdrol te spelen.
Daarnaast is het nog gekker dat een iconische acteur als Mel Gibson een bijrol speelt in een actie en thriller B-film! Ik heb gewoon bijna medelijden met Dillon, Gibson en in verlenging Willis dat ze de keuze maken om in dit soort films te acteren. Echter moet ik wel toegeven dat Dillon overduidelijk het beste aspect uit Hot Seat is. Vanaf het moment dat Dillon op zijn werkplek arriveert, speelt hij hetzelfde personage met meer charisma, energie en overtuiging.
De acteur levert gemakkelijk de beste acteerprestatie van iedereen uit de film. Daarmee is hij ook de grootste draagkracht van de film geworden. Gibson levert een degelijke acteerprestatie – wat nog steeds teleurstellend is, omdat je van een acteur als Gibson velen malen beter dan degelijk verwacht.
“Don’t move a muscle”
In Hot Seat is het van belang dat Dillons personage Orlando zo weinig mogelijk beweegt in zijn stoel. Onder deze stoel is namelijk een bom geplaatst. Bij de minste beweging kan het al fout gaan. Daarnaast moet Orlando in een kleine plek blijven met zijn stoel, want zodra hij buiten deze zone komt, gaat de bom automatisch ook af. Deze situatie doet me enorm denken aan het moment wanneer de T-Rex uit zijn kooi in Jurassic Park (1993) ontsnapt. Om te blijven leven is het van belang zo min mogelijk te bewegen. Beide de T-Rex en de bom gaan of op beweging, dus de quote “Don’t move a muscle” is hier zeker van toepassing.
Uiteraard weet Jurassic Park als film velen malen beter om te gaan met deze spanning in deze geschetste situatie, maar ik kan het zeker waarderen dat regisseur James Cullen Bressack probeert zijn film Hot Seat spannend te maken. Dit lukt de regisseur regelmatig niet door slap acteerwerk van de cast – op Dillon na – en een cliché geschreven verhaal. Er is echter wel te zien dat Cullen Bressack zijn best doet om de film zo spannend mogelijk te maken. Hij heeft de juiste setting en middelen om de film te spannend te maken, maar echt (nagelbijtend) spannend of intens wordt de film nooit.
Conclusie
Hot Seat is een typische B-film uit het huidige filmtijdperk. Het is regisseur James Cullen Bressack (wonderbaarlijk genoeg) opnieuw gelukt om een slappe, en regelmatig saaie, actiethriller film te maken. Ditmaal hebben we geen Bruce Willis in een monotone bijrol, maar Mel Gibson. Echter moet ik wel eerlijk toegeven dat Gibson meer zijn best doet om een enigszins degelijke acteerprestatie neer te zetten. Dit lukt hem grotendeels niet, maar je ziet wel dat hij met meer empathie en emotie toont dan bijvoorbeeld Bruce Willis in veel van zijn recente B-films. De grootste ster van Hot Seat blijft echter hoofdrolspeler Kevin Dillon.
Na een belachelijk slechte openingsscène met een belabberde prestatie van Dillon, lijkt de acteur zijn draai gevonden te hebben in de film. Eenmaal aangekomen op zijn werk, acteert Dillon velen malen natuurlijker met een juiste dosis charisma en energie. Valt Hot Seat dan nog enigszins aan te raden als je geïnteresseerd bent om een B-film te kijken? Ja, maar dan eigenlijk ook alleen voor het acteerwerk dat hoofdrolspeler Kevin Dillon levert.
Voor de rest neemt de film zich in zijn verhaal te serieus, waardoor het lastig is om te lachen over hoe belabberd de film in elkaar zit. Mocht je nog geïnteresseerd zijn om Hot Seat zelf te kijken en eventueel te beoordelen, de film is nu te koop op Blu-ray en DVD op Bol.com. Daarnaast is de film ook te streamen op Netflix in Nederland.