Abigail is een simpele, maar uiterst effectieve en grappige horrorfilm waarin niemand elkaar kan vertrouwen. In de film wordt er op een sterke manier gebruik gemaakt van metaforen. Een van de leukste en creatiefste metaforen vindt plaats tijdens de scène waarin Kathryn Newtons personage Sammy een oude Woody Woodpecker cartoon kijkt. In de cartoon zien we hoe een spook zich angstaanjagend opstelt tegenover Woody Woodpecker. In plaats van dat het kleurrijke tekenfilmfiguurtje bang wordt, doet Woody Woodpecker het spook na. Hierbij komt Woody Woodpecker enger, monsterlijker en gevaarlijker over dan het spook. Het onverwachte gevaarlijke karakter van Woody Woodpecker is een mooi metafoor voor het personage Abigail in deze film. De criminelen denken in deze film, net zoals het spook uit de cartoon, het echte gevaar te vormen. In werkelijkheid horen deze groep tweederangs criminelen bang te zijn voor Abigail, net zoals het spook uit de cartoon bang hoort te zijn voor Woody Woodpecker. In Abigail spelen de regisseurs Matt Bettinelli-Olpin en Tyler Gillet op een fantasierijke manier met de verwachtingen van het filmpubliek waarbij ze tegelijkertijd een eigen bloederige kijk leveren op de vampierenfilm.
Bob Marley: One Love is een mengelmoes van middelmatige pluspunten en minpunten. De beste onderdelen uit de film zijn goed, maar niet beter dan degelijk. De slechtste onderdelen uit de film zijn teleurstellend, maar niet verschrikkelijk. De film is over het algemeen niet slecht. Toch blijft Bob Marley: One Love een simpele muzikale biopic die niet veel nieuws probeert. Hierdoor springt er niets echt uit in deze film. De film hoort een audiovisueel eerbetoon te zijn geworden aan de muzikant Bob Marley. Toch slaagt regisseur Reinaldo Marcus Green er niet om een audiovisuele reis door het leven van de beroemde muzikant neer te zetten. Na het kijken van Bob Marley: One Love ben ik niet veel meer te weten gekomen over het leven, de worstelingen en de dromen van de grootse muzikant. De film gaat niet verder dan wat er in de basis nodig is om over het leven van Bob Marley te vertellen. Hierdoor is Bob Marley: One Love niet memorabel of aangrijpend genoeg, terwijl het leven van Bob Marley dat wel is geweest. De regisseur durft met Bob Marley: One Love geen duidelijke standpunten over de artiest in te nemen. Door het niet innemen van interessante en duidelijke standpunten over het leven van Bob Marley, komen de filmmakers onwetend en besluiteloos over.
Aquaman and the Lost Kingdom is geen sterke superhelden film, maar de film biedt wel enigszins unieke narratieve concepten. Familie is een vrij belangrijk thema in de tweede film over de DC-held. Zo richt de eerste akte van Aquaman and the Lost Kingdom zich op het belang van vaders. In deze tweede film is Aquaman – ook wel bekend als Arthur Curry – een vader geworden. De held heeft het in de film met zijn eigen vader over hoe lastig het is om een goede vader te zijn. Aquaman heeft het namelijk moeite om zijn taken als superheld, koning van Atlantis en ouder te balanceren. Aquamans worstelingen om al zijn taken zo goed mogelijk te voltooien, brengen conflict en wat diepgang tot het personage. Toch worden deze worstelingen nooit sterk genoeg uitgewerkt in het filmverhaal. In plaats van echte diepgang kiezen de regisseur en scenarioschrijvers voor kinderachtige humor. Dit is al terug te zien aan de herhalende grap dat Aquamans baby bij het verschonen van zijn luiers telkens opnieuw in de mond van de superheld weet te pissen. De regisseur en scenarioschrijvers verwarren bij dit soort filmmomenten stupiditeit met humor. Het lukt regisseur James Wan om van de titulaire held het mikpunt van de grappen te maken. Tegelijkertijd beweert de filmmaker ook dat Aquaman een epische superheld is. Helaas voor Wan gaan deze twee punten niet goed samen. Hierdoor komt Aquaman niet alleen over als een imbeciel in zijn tweede speelfilm, maar oogt Aquaman and the Lost Kingdom ook als een uitzonderlijk rommelige film.
Het is niet gek dat Sergio Leone’s Once Upon a Time in the West nog steeds wordt beschouwd als een van de beste films ooit gemaakt. Leone heeft met zijn film het genre van western films voorgoed weten te veranderen. De film uit 1968 is niet alleen een westernepos, vol revolverhelden en vuurgevechten, maar ook een somber verhaal over de gewelddadige consequenties van de Amerikaanse expansie naar het westen. Once Upon a Time in the West verandert niet alleen het soort westernfilms waar Leone bekend om stond. De film veranderde ook de manier waarop het publiek naar films en verhalen over het Wilde Westen keek. In tegenstelling tot zijn Dollarstrilogie laat Once Upon a Time in the West een meer deprimerend en donker westernverhaal zien waarin geweld willekeuriger en chaotischer overkomt. Geen enkel personage is echt veilig. Zelfs de scherpste schutters in het westen, waaronder de mysterieuze Harmonica, zijn niet onoverwinnelijk. Hun kwetsbaarheid maakt ze menselijker, ook al weten de filmtoeschouwers regelmatig maar weinig over hun verleden, motivaties of interesses. Once Upon a Time in the West is niet alleen een genre definieerde en invloedrijke western film. Sergio Leone’s spaghettiwestern film is ook een revolutionair audiovisueel meesterwerk waarin verschillende technische en narratieve aspecten een blijvende indruk weten achter te laten.
Halo Seizoen 1 is vanaf zijn eerste aflevering al direct een heerlijk epische sciencefiction televisieserie. Tegelijkertijd is het ook een voorspelbare serie. Zo raakt het heldhaftige hoofdpersonage Master Chief al snel opgescheept met een rebels tienermeisje en een geheimzinnig object dat alleen bij zijn aanraking speciale glimmende krachten vertoond. Bovendien zorgt het mysterieuze object ervoor dat Master Chief herinneringen van zijn gewiste geheugen weer begint te krijgen, waarmee hij op zijn heroïsche ontdekkingsreis wordt gezet. Een reis waarmee hij niet alleen zijn ware verleden probeert te (her-)ontdekken, maar ook de gevaarlijke buitenaardse wezens van het Covenant hoopt te verslaan. Het eerste seizoen van Halo bevat verder een niet bepaald origineel verhaal. Toch weten seriemakers Kyle Killen en Steven Kane met Halo Seizoen 1 voor een brute en vermakelijke eerste seizoen te zorgen die je bovendien nog aan het nadenken zet over wat het echt betekent om mens te zijn.
Five Nights at Freddy’s is een Amerikaanse bovennatuurlijke horrorfilm die vooral geschikt is voor de fans van de gamereeks waarop de film is gebaseerd. In de kinderlijke horrorfilm, die het meest lijkt op een rip-off van de Saw franchise, zien we namelijk ook hoe een bewaker aan zijn nieuwe baan bij Freddy Fazbear’s Pizza begint. Net zoals in de gelijknamige games begint het scherm al te haperen, terwijl de film opent met de logo’s van de filmdistributeurs. De referentie werkt niet alleen als een duidelijk eerbetoon aan de games. Zo recreëert het ook de spannende sfeer van de games. De film opent spannend, maar niet bepaald spectaculair of origineel. Gedurende film worden diverse montagetechnieken en filmische trucjes gebruikt om Five Nights at Freddy’s zoveel mogelijk te laten lijken op de gamereeks waarop het gebaseerd is. Wanneer het hoofdpersonage begint te werken bij Freddy Fazbear’s Pizza wordt er ook gebruik gemaakt van een rappe afwisseling tussen de beelden van de beveiligingscamera’s. De film weet hiermee goed de gevoelens van machteloosheid en onontkoombaarheid uit de games over te nemen. In de gameverfilming keert ook het welbekende schrikmoment terug waarin een van de animatronics op een slachtoffer afrent en in zijn gezicht schreeuwt. Wat betreft gameverfilmingen blijft Five Nights at Freddy’s dus trouw aan het bronmateriaal en de geschiedenis van de games. Fans zullen met een gerust hart, en misschien zelfs met een trots gevoel, toe kunnen kijken naar Five Nights at Freddy’s. Filmtoeschouwers die onbekend zijn met de gamereeks of geen fan zijn van de videogames, zullen de film eerder ervaren als de zoveelste mislukte horrorfilm met een identiteitscrisis. Five Nights at Freddy’s oogt namelijk regelmatig eerder als een dramafilm. Bovendien komen de schrikmomenten en de zogenaamde angstaanjagende filmscènes eerder (onbedoeld) hilarisch dan eng over. De door Blumhouse Productions en Scott Cawthon Productions geproduceerde film is net zoals de game niet bepaald een artistiek hoogstandje uit het horrorgenre.
Kippenvel: dat had ik toen ik Wonka voor de tweede keer keek. Ik had al kippenvel toen ik de film de eerste keer in de bioscoop zag, maar toen ik Paul Kings nieuwste familiefilm op mijn televisiescherm zag, wist de film me nog harder te raken. Wonka is een emotionele achtbaan vol levendige en energieke liedjes, emotionele stoten alsof je geslagen wordt door Muhammad Ali en humor die je hardop laat lachen. King bewijst opnieuw dat hij niet alleen een van de beste filmregisseurs van dit moment is, maar ook een van de beste kindvriendelijke filmauteurs. Daarnaast laat de regisseur – ook bekend voor zijn eerdere familiefilms Paddington (2014) en Paddington 2 (2017) – zien dat hij als geen ander weet hoe hij een bekend kinderverhaal zich eigen kan maken. Net zoals bij Kings adaptaties van Paddington, weet de filmmaker bij Wonka trouw te blijven aan het bronmateriaal. Tegelijkertijd weet King het originele verhaal van auteur Roald Dahl en de (beste) verfilming Willy Wonka and the Chocolate Factory (1971) te verrijken door een meeslepend en avontuurlijk verhaal over de jonge jaren van Willy Wonka te leveren.
Saints & Sinners is een sombere, maar mooie Ierse film met redelijk wat gebreken. De film laat zien dat er in een land van zondaars, moordenaars en politieke onrust geen echte heiligen zijn. Het uitvoeren van zonden onder de beste intenties, neemt niet weg dat dit nog steeds zonden zijn. Ondanks dat het strijden voor een vrij Ierland maar een klein onderdeel is uit het filmverhaal, weet regisseur Robert Lorenz samen met scenarioschrijvers Mark Michael McNally en Terry Loane goed de consequenties van deze acties weer te geven. Hierbij spelen de regisseur en scenarioschrijvers in op een van hun narratieve thema’s: of het doel de middelen heiligt. Is een vrij Ierland het waard als ze daarvoor onschuldigen mensen moeten opofferen? En is het in opdracht vermoorden van mensen het waard om je traumatische verleden te vergeten? De film stelt de vraag of het uitvoeren van zonden überhaupt een doel heiligt. In het geval van Saints & Sinners lijken de filmmakers te pleiten voor het idee dat een heilige eerst een zondaar moet zijn voordat hij echt de betekenis daarvan kan begrijpen. Deze thematische vraag is maar een klein onderdeel van het grotere plaatje. Hierbij komen we ook direct bij het grootste probleem van de film. Het filmverhaal is te overambitieus en probeert te veel te vertellen. Hierdoor mist de film een duidelijke focus en oogt het filmverhaal onderontwikkeld. Lorenz heeft samen met de scenarioschrijvers laten zien dat Saints & Sinners zeker potentie had om een geweldige film te zijn geworden. Tegelijkertijd laat de regisseur met zijn regiekeuzes ook zien dat de cast en crew met de film een grotere hap namen dan dat ze konden kauwen.
In 2014 kwam de korte film Night Swim uit. De regisseurs van deze korte horrorfilm, Bryce McGuire en Rod Blackhurst, hebben het verhaal later uitgewerkt tot een speelfilm. Begin dit jaar kwam de gelijknamige speelfilm uit in de Nederlandse bioscopen. Waar de korte film geregisseerd werd door McGuire en Blackhurst, is de speelfilm alleen geregisseerd door McGuire. Blackhurst heeft als scenarioschrijver van Night Swim (2024) alsnog een belangrijk aandeel gehad bij het maken van de speelfilm. De filmmakers komen met een interessant en leuk idee in Night Swim. Een bezeten zwembad komt niet regelmatig voor in horrorfilms. Het concept dat het zwembad tegelijkertijd levens kan redden, door wensen uit te brengen, en levens kan nemen, is ook een geniale zet. Toch weet deze Amerikaanse bovennatuurlijke thriller en horrorfilm grotendeels niet te overtuigen. Ondanks dat de film wel degelijk schrikmomenten heeft, is Night Swim over het algemeen niet eng. De schrikmomenten zijn effectief door twee redenen. Allereerst worden de geluiden tijdens deze schrikmomenten luider gemaakt. Hierdoor schrik je eerder van het geluid dan van dat het moment of de scène echt eng is. Ten tweede vinden de schrikmomenten ook tijdens de willekeurigste gebeurtenissen plaats, waardoor de filmmakers het filmpubliek toch te pakken weten te krijgen. Bovendien betekent te grazen worden genomen door slappe schrikmomenten niet meteen dat de film ook daadwerkelijk angstaanjagend goed is. Sterker nog: als de korte film net zo belabberd als de speelfilm is, dan heb ik weinig hoop voor de toekomstige filmcarrières van McGuire en Blackhurst.
Trolls World Tour is een simpele, maar vermakelijke animatiefilm. Trolls World Tour is grappiger dan zijn voorganger (Trolls uit 2016). Dit is grotendeels te danken aan de regiekeuze om de humor van de film absurdistischer te maken. Het filmverhaal van deze tweede film over de Good Luck Trolls is ook interessanter dan de vorige film. Zo bevat Trolls World Tour een filmverhaal met mooie thema’s. Het verhaal vertelt ons dat onze verschillen ons niet hoeven te verdelen. In plaats daarvan kunnen ze ons de kracht geven om de andere kant van het plaatje te zien en begripvoller te zijn. Trolls World Tour laat zien dat het omgaan met verschillen helpt bij het accepteren van onszelf en anderen. Ondanks dat deze animatiefilm een mooie thematische boodschap bevat en vol zit met hilarische momenten, is Trolls World Tour nog steeds niet een sterke filmaanrader. Zo bevat de film zowel eendimensionale personages als een te rap tempo in zijn verhaalverloop. Daarnaast zorgt de absurdistische humor regelmatig voor te veel chaos en afleiding van het hoofdverhaal.