Tótem (2023) – Film Recensie

In de door Lila Avilés geregisseerde dramafilm Tótem staat een grote Mexicaanse familie stil bij de verjaardag van hun ongeneeslijk zieke familielid Tona. De familie viert zijn verjaardag groots. Zo bakt Tona’s zus ook een bijzondere taart voor hem waarop het prachtige, maar melancholische Vincent van Gogh schilderij The Starry Night afgebeeld staat. The Starry Night is direct ook een prachtige metafoor voor dit filmverhaal. Dit schilderij weerspiegelt niet alleen Van Goghs directe observaties van zijn uitzicht op het landschap vanuit zijn raam, maar ook de herinneringen en emoties die dit uitzicht bij hem opriep. Avilés presenteert met Tótem ook een direct en aangrijpend portret van een familie dat moet leren om te gaan met het feit dat een van hun ongeneeslijk ziek is. Tegelijkertijd roept het memorabele filmverhaal ook warme en melancholische emoties op bij zowel de personages als het filmpubliek. De filmmakers stellen verder de vraag of familieleden de wensen van de ongeneeslijk zieke persoon moeten volgen of dat ze moeten aansturen op een proces wat volgens henzelf beter zou zijn. Avilés lijkt het filmpubliek te presenteren met de vraag of dit niet zelfzuchtig is. Zonder een duidelijk oordeel te vellen, laten de filmmakers de individuele filmtoeschouwers deze vraag zelf beantwoorden. De cast en crew spelen namelijk ook in op de dualiteit en imperfecties van de mensheid. Tótem laat zo de tweestrijd zien tussen het ondernemen van acties onder goede intenties waar soms persoonlijke motieven bij komen te kijken. Ook is er tweestrijd terug te vinden in de emoties die de personages (en filmtoeschouwers) zullen voelen over het vieren van een feest voor Tona. Ondanks dat Tótem een iets te gedramatiseerd einde bevat, weten de cast en crew toch een meesterlijke speelfilm neer te zetten dat op een deprimerende manier het leven weet te vieren.