Five Nights at Freddy’s is een Amerikaanse bovennatuurlijke horrorfilm die vooral geschikt is voor de fans van de gamereeks waarop de film is gebaseerd. In de kinderlijke horrorfilm, die het meest lijkt op een rip-off van de Saw franchise, zien we namelijk ook hoe een bewaker aan zijn nieuwe baan bij Freddy Fazbear’s Pizza begint. Net zoals in de gelijknamige games begint het scherm al te haperen, terwijl de film opent met de logo’s van de filmdistributeurs. De referentie werkt niet alleen als een duidelijk eerbetoon aan de games. Zo recreëert het ook de spannende sfeer van de games. De film opent spannend, maar niet bepaald spectaculair of origineel. Gedurende film worden diverse montagetechnieken en filmische trucjes gebruikt om Five Nights at Freddy’s zoveel mogelijk te laten lijken op de gamereeks waarop het gebaseerd is. Wanneer het hoofdpersonage begint te werken bij Freddy Fazbear’s Pizza wordt er ook gebruik gemaakt van een rappe afwisseling tussen de beelden van de beveiligingscamera’s. De film weet hiermee goed de gevoelens van machteloosheid en onontkoombaarheid uit de games over te nemen. In de gameverfilming keert ook het welbekende schrikmoment terug waarin een van de animatronics op een slachtoffer afrent en in zijn gezicht schreeuwt. Wat betreft gameverfilmingen blijft Five Nights at Freddy’s dus trouw aan het bronmateriaal en de geschiedenis van de games. Fans zullen met een gerust hart, en misschien zelfs met een trots gevoel, toe kunnen kijken naar Five Nights at Freddy’s. Filmtoeschouwers die onbekend zijn met de gamereeks of geen fan zijn van de videogames, zullen de film eerder ervaren als de zoveelste mislukte horrorfilm met een identiteitscrisis. Five Nights at Freddy’s oogt namelijk regelmatig eerder als een dramafilm. Bovendien komen de schrikmomenten en de zogenaamde angstaanjagende filmscènes eerder (onbedoeld) hilarisch dan eng over. De door Blumhouse Productions en Scott Cawthon Productions geproduceerde film is net zoals de game niet bepaald een artistiek hoogstandje uit het horrorgenre.
In 2014 kwam de korte film Night Swim uit. De regisseurs van deze korte horrorfilm, Bryce McGuire en Rod Blackhurst, hebben het verhaal later uitgewerkt tot een speelfilm. Begin dit jaar kwam de gelijknamige speelfilm uit in de Nederlandse bioscopen. Waar de korte film geregisseerd werd door McGuire en Blackhurst, is de speelfilm alleen geregisseerd door McGuire. Blackhurst heeft als scenarioschrijver van Night Swim (2024) alsnog een belangrijk aandeel gehad bij het maken van de speelfilm. De filmmakers komen met een interessant en leuk idee in Night Swim. Een bezeten zwembad komt niet regelmatig voor in horrorfilms. Het concept dat het zwembad tegelijkertijd levens kan redden, door wensen uit te brengen, en levens kan nemen, is ook een geniale zet. Toch weet deze Amerikaanse bovennatuurlijke thriller en horrorfilm grotendeels niet te overtuigen. Ondanks dat de film wel degelijk schrikmomenten heeft, is Night Swim over het algemeen niet eng. De schrikmomenten zijn effectief door twee redenen. Allereerst worden de geluiden tijdens deze schrikmomenten luider gemaakt. Hierdoor schrik je eerder van het geluid dan van dat het moment of de scène echt eng is. Ten tweede vinden de schrikmomenten ook tijdens de willekeurigste gebeurtenissen plaats, waardoor de filmmakers het filmpubliek toch te pakken weten te krijgen. Bovendien betekent te grazen worden genomen door slappe schrikmomenten niet meteen dat de film ook daadwerkelijk angstaanjagend goed is. Sterker nog: als de korte film net zo belabberd als de speelfilm is, dan heb ik weinig hoop voor de toekomstige filmcarrières van McGuire en Blackhurst.
Jurassic Park III is naar mijn mening de zwakste film uit de originele filmtrilogie. De film bevat interessante ideeën en thema’s, maar onderbouwt ze amper. Jurassic Park III bevat daardoor een magertjes verhaal. De korte speeltijd van de film is hierdoor – over het algemeen – een pluspunt. De film is kort, waardoor die ook sneller is afgelopen. Aan de andere kant is de korte speeltijd van de film ook een nadeel. Het verhaal gaat te snel door de gebeurtenissen heen. Bovendien zijn deze gebeurtenissen onderontwikkeld. Dit komt doordat Jurassic Park III niet alleen een korte speeltijd heeft, maar ook een rap tempo in zijn verhaalverloop bevat. Zelfs de filmmuziek van de legendarische componist John Williams valt tegen. De componist brengt weinig nieuwe bijzondere muzikale thema’s tot de franchise – iets wat hij wel deed in The Lost World: Jurassic Park. Toch zorgt Williams bij de eerste echte verschijningen van dinosaurussen met zijn filmmuziek voor een ontroerend moment. Tijdens deze scène realiseerde ik me dat het kijken van deze films me nooit zal vervelen. Toch kan ik nog steeds kritisch op de films zijn, want – boy, oh boy – bevat Jurassic Park III veel stommiteiten, rommeligheden en problemen. De lastige en verschrikkelijke productie van Jurassic Park III is daar grotendeels voor te danken. Toen de film in productie ging, waren de scenarioschrijvers nog steeds bezig met het werken aan het verhaal. Er is nooit een definitieve versie van het scenario voltooid tijdens de productie van Jurassic Park III. Het middelste gedeelte van het scenario was niet compleet en het einde moest nog geschreven worden. Dit zorgde voor een, zachtjes uitgedrukt, hectische productie. Het is niet gek dat de scenarioschrijvers en regisseur Joe Johnston keuzes hebben moeten maken, die gemaakt zijn met de best intenties, maar nog steeds tot een belabberd en redelijk tam filmverhaal hebben gezorgd. Sam Neill’s personage Dr. Alan Grant zegt het zelf het beste: “Some of the worst things imaginable are being done with the best intentions.”
Let’s-a-Go! De film over de Italiaanse loodgieter Mario is een vrolijke geanimeerde familiefilm geworden die zeker een “Wahoo!” verdient. De film is een kaskraker geworden, maar werd kritisch een stuk minder goed ontvangen door de filmcritici. Mamma mia, zijn deze filmrecensenten gek geworden? Oké, oké – dat zijn genoeg Mario quotes voor nu. In alle serieusheid kan ik enigszins begrijpen waarom de filmcritici minder enthousiast waren over The Super Mario Bros. Movie. Zo bevat de film een ongelofelijk rap tempo. Het probleem hierbij is niet dat de film, ondanks zijn rappe tempo, geen diepgang geeft. Voor mijn gevoel ligt het probleem eerder bij de subtiliteit van deze diepgang. Doordat The Super Mario Bros. Movie als een Mario Kart voertuig door zijn verhaal heenschiet, worden de plotpunten en karakterontwikkelingen wat uitvergroot of kort door de bocht weergegeven. Zelf heb ik hier minder problemen mee. Vooral omdat de emotionele filmmomenten toch krachtig binnenkomen. Daarnaast weten de filmmakers de juiste balans te vinden tussen een origineel, losstaand verhaal en meerdere leuke referenties naar de Mario videogamefranchise. Naar mijn mening nemen de referenties niets weg van het filmverhaal, maar voegen ze juist meer toe aan de filmwereld van The Super Mario Bros. Movie. Tijdens het kijken van deze geweldige animatiefilm ervaarde ik dezelfde soort plezierige gevoelens, die ik meemaakte als kind, bij het spelen van de Mariogames. Deze animatiefilm is simpelweg SUPER en de beste film die Illumination tot nu toe heeft uitgebracht.
Is The Lost World: Jurassic Park een perfecte film en net zo iconisch als zijn voorganger Jurassic Park? Nee. Bevat de film rommelige en problematische aspecten? Ja. Is de film nog steeds vermakelijk, interessant en simpelweg geweldig? Zeker! The Lost World: Jurassic Park is een cultklassieker onder de Steven Spielberg filmklassiekers. Ook al is de film verreweg van perfect, The Lost World: Jurassic Park levert genoeg geweldige, gruwelijke en spannende filmische momenten op. The Lost World: Jurassic Park blijft daarom ook een van de beste vervolgen op de filmklassieker Jurassic Park.
Hoe cool klinkt 65? Dit is een film waarin een buitenaardse astronaut 65 miljoen jaar geleden neerstort op een, voor hem, onbekende planeet. De astronaut weet alleen niet dat hij eigenlijk is neergestort op onze planeet die nu nog bomvol zit met dinosaurussen. Met de naderende komeet die de wereld van de dinosaurussen zal laten instorten, bevindt deze astronaut zich in een strijd tegen de tijd om zo snel mogelijk een reddingsschip te bereiken. 65 klinkt met deze beschrijving als een krankzinnig coole film. Helaas is 65 niet zo geweldig geworden als het filmverhaal klinkt. 65 is het soort film dat een geweldig idee voor een filmverhaal bevat, maar dit concept niet naar een sterke film weet over te zetten. De film bevat gelukkig wel enkele positieve punten. Het acteerwerk van Adam Driver is redelijk goed. De acteur oogt betrokken bij de film. Daarnaast levert hij een zo goed mogelijke acteerprestatie met het materiaal dat hij gekregen heeft. De jonge actrices Ariana Greenblatt en Chloe Coleman leveren ook geen slecht acteerwerk in deze film, maar ze krijgen – net zoals Nika King – maar weinig te doen in 65. Het grootste pluspunt van 65 is het camerawerk van cinematograaf Salvatore Totino. De cinematograaf levert verbluffend camerawerk. Totino’s cinematografie is de grootste reden dat de tijdsgebonden filmwereld van 65 geloofwaardig overkomt. De film is overal niet verschrikkelijk slecht, maar is wel flink teleurstellend doordat de filmmakers niet de potentie van deze spannende sciencefiction thriller en actiefilm weten waar te maken.
Met Asteroid City laat regisseur Wes Anderson de kunst van de ervaringsfilm zien. Een absurdistisch – en regelmatig onlogisch – verhaal zet goed de toon voor Andersons speelfilm neer. De filmmaker benadrukt dat het doel van creativiteit is om te voelen – niet om het te begrijpen of overanalyseren. Anderson gaat nog een stapje verder door indirect te zeggen dat het doel van creatievelingen is om hun verhaal zelfs te vertellen als ze het niet begrijpen. “Don’t try to understand it. Feel it,” zegt een van de bijpersonages in Christopher Nolans film Tenet. Hiermee lijkt de regisseur duidelijk in te spelen op de verwarring die filmtoeschouwers kunnen ervaren tijdens het kijken van de film. Andersons nieuwste speelfilm Asteroid City behoort – net zoals Tenet – tot het rijtje films die je beter kunt proberen te ervaren dan te begrijpen. Anderson speelt net zoals Nolan sterk in op het subgenre van de ervaringsfilm. Waar Nolan dit vooral deed op een audiovisueel gebied, pakt Anderson dit anders aan. In Asteroid City wordt het belang van de ervaringsfilm op zowel een audiovisueel als narratief gebied belicht. Op de voorgrond lijkt Asteroid City een absurdistische tragikomedie met veel glorieuze en humoristische onzin te zijn. Toch vertelt de film meer dan in eerste instantie overkomt. In zijn film laat Anderson zien dat creativiteit verbonden is aan sterfelijkheid. Niemand is onsterfelijk, maar de verhalen die we vertellen en onthouden, blijven bestaan. De regisseur gaat naar het basisdoel van alle creaties: het vertellen van verhalen. Anderson benadrukt hierbij dat het belangrijker is om een verhaal te kunnen voelen, dan te begrijpen. Asteroid City laat daarmee dualiteit van creativiteit zien, want om creatief te zijn moet je zowel beschikken over verbeeldingskracht als kritisch, reflecterend en analytisch vermogen. Creatief zijn is net zo lastig als het leven zelf. De regisseur lijkt dit te belichten door op meerdere aspecten te willen inspelen op thema’s rondom levenservaring(-en). In Asteroid City wordt richting het einde van de film meerdere malen gezegd: “You can’t wake up, if you don’t fall asleep.” Dit metafoor staat – naar mijn gevoel – voor het idee dat je gebeurtenissen in je leven eerst zal moeten voelen of ervaren. Op een later moment zul je pas begrijpen wat deze levenservaringen en gebeurtenissen voor je betekenen. Het accepteren van het niet altijd rooskleurige leven, vol ongemakkelijke levenservaringen en moeilijke emoties, zorgt ervoor dat je je eigen blauwdruk beter leert begrijpen. Eerst zul je moeten gaan verwerken en ervaren wie je bent. In Asteroid City hebben meerdere personages te maken met onzekerheden, identiteitsproblemen en onverwerkte trauma’s. Jason Schwartzmans Augie Steenbeck is emotioneel niet beschikbaar nadat hij zijn vrouw – en moeder van zijn vier kinderen – heeft verloren. Scarlett Johanssons Midge Campbell ziet haarzelf als een slechte moeder. Ze heeft haar kinderen niet als prioriteit heeft. Daar ervaart ze geen schuldgevoelens over. Sterker nog: deze heeft ze nooit gehad, maar wel gespeeld als actrice. Dit klein stukje dialoog is snel voorbij, maar het zegt zoveel over haar personage en de ware aard van Asteroid City als film. Anderson lijkt met Asteroid City het turbulente leven te willen onderzoeken. Wat zorgt ervoor dat we verhalen willen vertellen als het leven zo regelmatig verschrikkelijk en onbegrijpelijk is? De regisseur speelt op een wat rommelige, maar uitzonderlijke manier met al deze bovengenoemde thema’s. Dit heeft er toegeleid dat Asteroid City een toekomstige filmklassieker is die je minimaal een keer in je leven gezien moet hebben.
Killers of the Flower Moon is de eerste Martin Scorsese film die ik echt vind tegenvallen. De film bevat enkele indrukwekkende productie en technische elementen. Ook bevat de film subliem acteerwerk van Lily Gladstone en enkele andere acteurs wiens namen zo onbekend zijn dat ze bijna nooit besproken worden. Toch moet ik zeggen dat deze meer onbekende acteurs – zoals Ty Mitchell, Tommy Schultz, Gene Jones, Yancey Red Corn en Jason Isbell – beter acteerwerk leveren in vergelijking met grotere filmsterren als Leonardo DiCaprio en Robert De Niro. De iconische filmmaker is op zijn best in Killers of the Flower Moon wanneer zijn focus op het onbekende ligt. Wanneer Scorsese de focus legt op minder beroemde acteurs en actrices, lijkt de film meer te schijnen. Hetzelfde kan gezegd worden voor wanneer de filmmaker zijn schijnwerpers richt op onderbelichte culturen en ongetelde historische verhalen. Toch lijkt Scorsese vaak nog terug te schieten naar zijn bekende narratieve thema’s en beroemde acteurs. Scorsese beperkt zich regelmatig genoeg tot het bekende soort verhaal – vol Amerikaanse hebzucht, onrechtvaardigheid en wraak – dat hij al zo vaak heeft verteld. Hierdoor lijkt de regisseur het veilig te spelen met zijn nieuwste film. Net zoals dat ikzelf in conflict ben met mijn reactie tot Killers of the Flower Moon, lijkt Scorsese te worstelen met zichzelf en het soort verhaal dat hij wil vertellen in deze film. De regisseur komt nauwelijks aan de oppervlakte van onbekende, spannende en nieuwe thematische identiteiten. Wanneer hij dat wel doet, blinkt hij uit. Wanneer hij deze nieuwe (originele) route niet volgt, voelt het alsof hij zichzelf imiteert. Alsof Scorsese onbedoeld zijn visie en stijl afzwakt – wat al snel leidt tot een mindere film. Omdat Scorsese toch ongekende historische verhalen en onderbelichte culturen laat zien, lijken filmliefhebbers en recensenten de film te erkennen als een meesterwerk. Hoe graag ik de film ook zo had willen zien – zeker door enkele briljante aspecten – stelt Killers of the Flower Moon me zo teleur dat ik de film niet anders dan een rommelige imitatie van eerdere Scorsese films kan noemen.
Cocaine Bear is het perfecte voorbeeld van een film die niet goed zijn voeting weet te vinden gedurende zijn speeltijd. Regisseur Elizabeth Banks lijkt moeite te hebben gehad met het uitvogelen van het verhaal dat ze met haar komedie horrorfilm wilde vertellen. Het resultaat is een rommelige film bestaande uit willekeurige verhaallijnen en gebeurtenissen die magertjes verbonden aan elkaar zijn. Toch mag er zeker gezegd worden dat Cocaine Bear regelmatig potentie toonde om een goede horrorfilm te kunnen zijn geworden. De humor en grappen uit deze komedie horrorfilm halen vooral de kracht van Cocaine Bear naar beneden. Helaas zijn er nog veel meer kritiekpunten op te noemen over deze film. Zo zorgen Banks en scenarioschrijver Jimmy Warden voor een slap verhaal waarbij de toon alle kanten op schiet. De film bevat ook nog te veel slaapverwekkende personages. Gelukkig weten de acteurs Alden Ehrenreich en O’Shea Jackson Jr. samen nog enig vermaak te brengen met hun personages. Cocaine Bear is niet een verschrikkelijk slechte film, maar het is wel een van de teleurstellendste die ik in een lange tijd heb gezien. De film had een goede horrorfilm kunnen zijn geworden. Helaas zijn Banks en Warden met Cocaine Bear een andere richting opgegaan. Een richting waarbij het verhaal volgepropt zit met domme grappen, onnodige verhaallijnen en saaie personages.
Christopher Nolans nieuwste film Oppenheimer is een groot succes. Zo heeft de film wereldwijd al ruim 569 miljoen Amerikaanse dollars opgebracht. Hiermee is Oppenheimer de (Amerikaanse) film over de Tweede Wereldoorlog met de hoogste bioscoopomzet aller tijden geworden. De iconische filmmaker en regisseur verslaat hiermee zijn eerder uitgekomen eigen film Dunkirk. Dunkirk was hiervoor de Tweede Wereldoorlog film met de hoogste bioscoopomzet aller tijden. Zo bracht die film ruim 527 miljoen Amerikaanse dollars op. Oppenheimer heeft ook al meer bioscoopomzet opgebracht dan Steven Spielbergs oorlogsfilm klassieker Saving Private Ryan. Deze Spielberg film staat met een opbrengst van ruim 482 miljoen Amerikaanse dollars op de derde plaats van Tweede Wereldoorlog films met de hoogste bioscoopomzet aller tijden. Oppenheimer is niet alleen een commercieel succes. Nolans nieuwste film wordt ook uitstekend ontvangen door recensenten. Daarnaast lijkt ook het alledaagse filmpubliek onder de indruk te zijn van Oppenheimer. Maar wat maakt Nolans nieuwste film zo’n groot succes? Is het deels te danken aan de marketing hype die het ontving samen met Greta Gerwigs Barbie film? Voor een bepaald deel zal dit zeker het geval zijn geweest. Toch heb ik zelf het gevoel dat het succes van Oppenheimer meer te danken is aan de grootse naam die Nolan voor zichzelf heeft weten te maken. Met films als The Dark Knight, Inception en Interstellar heeft de filmmaker zichzelf weten te vestigen als een gerenommeerd filmmaker. Daarnaast lijken filmtoeschouwers op zoek te zijn naar originelere genrefilms. Het afgelopen jaar heeft laten zien hoe de normaal sterk bezochte superhelden films het zwaarder verduren te hebben gekregen. De sterk bezochte superhelden films zijn omgewisseld voor een diverse reeks van sterk bezochte speelfilms. Zo lijkt het succes van films als Barbie en The Super Mario Bros. Movie te vertonen dat filmtoeschouwers op zoek zijn naar nieuwe potentiële filmfranchises. Het succes van vervolgen als Creed III en John Wick: Chapter 4 laat zien dat een groot filmpubliek zeker interesse heeft om vervolgen in een langer lopende filmfranchise te bezoeken. De wens naar kwalitatief en innovatief sterke blockbusters werkt nauw samen met de releasedata van deze films. Door films als Creed III en John Wick: Chapter 4 in rustigere maanden te plaatsen, hebben deze films de kans gehad om zo’n succes te worden. Hierbij heeft mond-tot-mondreclame ook een belangrijke rol gespeeld. Het is bizar dat Oppenheimer – een biografische thriller en dramafilm over de vader van de atoombom – het zo goed doet tijdens enkele van de drukst bezochte filmmaanden van het jaar. Het is bijna een ongekend wonder. Het succes van Oppenheimer lijkt aan meerdere redenen te danken te zijn, waarvan de grootste toch wel de kwaliteit van de film lijkt te zijn. Zo lukt het Nolan om in zijn nieuwste speelfilm om het titulaire hoofdpersonage net zo raadselachtig en mysterieus te portretteren als de massamoordwapens waarvoor hij bekend is komen te staan. Nolan laat met Oppenheimer zien dat er niet genoeg woorden – of eerder dialogen en visuele beelden – zijn die J. Robert Oppenheimers leven kunnen omvatten. Nolans nieuwste speelfilm is zeker een meesterwerk met gebreken. Dit neemt niet weg dat Oppenheimer een film is die de wereld niet snel zal vergeten – net zoals de echt gebeurde evenementen uit deze biografische film niet vergeten zijn tot op de dag van vandaag.